Hypertrofische cardiomyopathie (HCM) is verreweg de meest voorkomende hartkwaal bij katten. De benaming wordt meestal afgekort tot HCM en deze benaming beschrijft in feite waar het om gaat bij deze ziekte. Hypertrofie=toename, cardio=hart, myo=spier, pathie=aandoening. Dus een hartspieraandoening waarbij de spier in massa toeneemt.

Het hart is een holle spier, en als de spiermassa toeneemt, dan worden de wanden van het hart dikker. Bij de kat wordt het hart zelf bij HCM niet of nauwelijks groter, de toename zit hem echt in de spierwanden. Hierdoor wordt de inhoud van het hart steeds kleiner, zodat er per samentrekking van het hart steeds minder bloed kan worden rondgepompt.

Om dit te compenseren gaat de hartfrequentie omhoog. De verdikte hartspier laat zich steeds moeilijker vullen omdat de spierwanden steviger en minder elastisch worden. Hierdoor neemt de bloeddruk in de linker boezem en de longcirculatie toe, wat leidt tot stuwing in de longen: longoedeem en/of vocht in de borstholte.

De linker boezem wordt ook groter en er kunnen daar bloedstolsels ontstaan die trombose kunnen veroorzaken als ze de circulatie in schieten. Bij trombose lopen deze stolsels vast waar de aorta vertakt naar kleinere vaten. Bij de kat gebeurt dit vrijwel altijd daar waar de aorta vertakt naar de achterpoten.

Oorzaak van HCM is erfelijke aanleg (zie preventie hieronder), maar bepaalde ziektebeelden van de kat kunnen het hart dusdanig belasten dat een beeld ontstaat dat lijkt op HCM. Deze ziektebeelden zijn met name hyperthyreoïdie, maar ook hoge bloeddruk, wat kan voorkomen bij nierproblemen.

Symptomen:

Katten met HCM kunnen sterk wisselende klachten hebben:

  • er zijn katten met HCM die geen symptomen hebben, bij lichamelijk onderzoek ook geen hartruis.
  • er zijn katten met HCM zonder klachten, maar wel een hartruis.
  • er zijn katten met HCM die benauwdheidklachten krijgen. Hierbij zijn ze vaak sloom, eten niet of slecht, en kunnen ondertemperatuur hebben.
  • er zijn katten met HCM die nooit klachten hebben gehad, ook geen hartruis hebben, die acute hartdood krijgen zonder aanleiding.
  • er zijn katten met HCM die nooit klachten hebben gehad, ook geen hartruis hebben, die ten gevolge van een stresssituatie als een algehele narcose komen te overlijden tijdens of kort na de narcose.
  • katten met HCM kunnen trombose(zie hierboven) krijgen. Dit kan bij alle bovengenoemde dieren. Katten met trombose zijn acuut ernstig benauwd, en zijn verlamd aan de achterpoten. De achterpoten zijn slecht doorbloedt en voelen koud aan.

Katten kunnen door hun levensstijl een eventueel hartprobleem vaak lang verborgen houden. Vaak valt een probleem pas op als het dier zelfs in rust al benauwdheidklachten heeft. Dit in tegenstelling tot bij de hond met hartproblemen waar verminderd uithoudingsvermogen vaak veel eerder opvalt.

Dit betekent dat als bij een benauwde kat hartklachten worden gediagnosticeerd, de aandoening meestal in een vrij ernstig stadium is.

 

Kat met longoedeem: er is veel witte sluiering te zien waar de longen normaal gesproken veel donkerder (= luchthoudend) moeten zijn.

 

Diagnose.

De diagnose HCM wordt gesteld aan de hand van de symptomen, lichamelijk onderzoek, röntgenonderzoek, eventueel ECG onderzoek, en echo onderzoek. Op röntgenfoto’s kan het hart er normaal uitzien (!), dus dit onderzoek is niet bewijzend. Wel geeft röntgenonderzoek informatie over eventueel longoedeem en vocht in de borstholte, en kunnen we er andere oorzaken van benauwdheid mee uitsluiten. Het ECG kan aanwijzingen geven voor HCM, maar is ook niet bewijzend!

De enige manier om HCM te bewijzen is een echo onderzoek, hiermee is het afwijkende hart, en de mate van afwijking goed in beeld te brengen. Dit vraagt wel veel ervaring, dus het consulteren van een echo specialist is hiervoor gewenst.  

Behandeling.

De behandeling van benauwde katten met HCM bestaat uit vocht afdrijvende medicijnen, bloeddrukverlagende medicijnen, hartmedicatie die o.a. de frequentie omlaag brengt, en eventueel antistollingsmiddelen.

Welke en hoeveel is uiteraard afhankelijk van de klachten, die, zoals eerder besproken, sterk wisselen. Net als bij de hartproblemen bij de hond is de medicatie bij een kat met HCM maatwerk. Een ingestelde therapie wordt na enige tijd geëvalueerd en de doseringen worden zo nodig aangepast.

Regelmatige controles zijn nodig. De prognose is wisselend, en met name afhankelijk van de ernst van de klachten.

Katten met trombose hebben een erg slechte prognose.

Als u een kat met HCM heeft en u twijfelt over de hartconditie van het dier, dan kunt u naar de ademhalingsfrequentie in rust kijken. Als uw kat, terwijl hij rustig zit of ligt, een ademhalingsfrequentie heeft van meer dan 30 per minuut, dan is er een probleem en moet u uw dierenarts consulteren. Dit gegeven kunt u ook gebruiken bij katten met een hartruis waarbij niet bekend is of ze HCM hebben, en in principe bij elke kat die in rust te snel ademt!

 

Preventie.

Preventie kan door dieren met HCM niet te gebruiken voor de fok. HCM komt bij zowel raskatten als niet raskatten voor.

HCM is een genetische ziekte, dat wil zeggen dat er door fouten in de erfelijke aanleg een afwijking kan ontstaan. Er zijn meerdere genen bij betrokken, waarbij bij verschillende rassen verschillende genen van belang zijn voor het al dan niet ontstaan van HCM.

HCM kan zich in de loop van het leven ontwikkelen, daarom moet men de uitslag van de echo als momentopname beschouwen. Ook hier is een negatieve uitslag dus geen garantie dat het dier geen HCM kan krijgen. Voor deze screening is het van groot belang dat dit door een ervaren specialist gedaan wordt.

HCM Hart